Teleb schrijft boeken die je enerzijds afstoten door de altijd drammerige, gelijk hebberige stijl, maar anderzijds blijven trekken door de verrassende inzichten. Of de prachtige aforismen waarmee je jezelf of anderen kunt verrijken. Het bed van Procrustes is een toegankelijke bloemlezing. Voor ‘mijn’ doelgroep is de daarin opgenomen collectie ‘het economisch leven en andere vulgaire onderwerpen’ een must read. Soms verhelderend (‘Ondernemer zijn s een existentieel, niet alleen een financieel ding’), vaker ronduit confronterend. Vooral economen (‘Economie gaat over simpele dingen gecompliceerd maken’) moeten het ontgelden, zij zijn ‘een kruising van een zakenman zonder gezond verstand, een fysicus zonder hersenen, en een speculant zonder ballen’. Als je echt niks kunt, word je econoom.
Ook van journalisten (‘idioten die overal hun waarheid van maken door die in hun Procrustes-bed dwingen’) moet Taleb weinig hebben. Ze reduceren in het beste geval zaken tot aperte flauwekul, vaak omdat ze nergens iets van begrijpen, in het veel vaker voorkomende en tegelijk slechtere geval gedragen ze zich als ‘interventionistas’, opiniemakers en beïnvloeders die van alles wat vinden en bepleiten maar daar nooit zelf de consequenties van ervaren. Pleiten voor een hogere energiebelasting vanwege het klimaat, terwijl zijzelf al lang een fors gesubsidieerde warmtepomp hebben, of stoken op (sic!) ‘groene’ biomassa. Of, wat profaner, pleiten voor ‘regime change’ omdat dictatoriaal niet pas in het weldenkende westerse discours, en dan de duizenden burgerslachtoffers beschouwen als ‘collaterol damage’. Geen ‘skin the game’ dus.
Een interview zit er dus niet in, maar een gerenommeerd boekenmagazine moet toch wat met deze invloedrijke auteur. En als Mozes niet naar de berg komt, dan komt de berg wel naar Mozes. Nou ja, voor een keer dan. Met het eindigen van onze serie de Galerij der Groten (met een heel fijn maar nog belangrijker interview met Erik Brynjolffson over AI, big data, en de onvermijdelijke technologische suprematie van China door onze westerse nadruk op privacy) ontstond er ruimte voor wat nieuws.
Dit keer geen rubriek met een vast format (geen Procrustes-bed dus), maar een rubriek waarvan de vorm zich aanpast aan de vent. Martin van Staveren trapt af met een heel eigenzinnige interpretatie van het werk van Taleb. Hij legt zijn eigen boek, Risicoleiderschap, over die van ‘risico-fenomeen’ Taleb. Zijn conclusie: zijn Incerto (onzekerheid) oeuvre (Misleid door toeval, De zwarte zwaan, Antifragiel, en Skin in the Game) is absoluut verplichte kost voor iedereen die wil overleven in een VUCA-omgeving. ‘Zijn heldere, soms bloedrode lijn is die van de hoogmoed van de mens. Wij mensen blijken telkens weer niet goed in staat om de essenties en werking van toeval en onzekerheid te zien, laat staan er effectief mee om te gaan. Een precaire situatie, die met alle snelle technologische ontwikkelingen, daarmee samenhangende complexiteit en bijbehorende schaalvergroting eerder toeneemt, dan afneemt.’ Waarvan acte!
En nu we toch aan het vernieuwen zijn: vanaf februari zal Annegreet (‘Gouden jaren’) van Bergen maandelijks verslag doen van nog altijd functionerend maar dan anders industrieel erfgoed. De geschiedenis van onze bedrijvigheid, compleet met feitjes die er niet toe doen maar wel leuk zijn om te weten. Weet u bijvoorbeeld waarom wij bietensuiker gebruiken, en geen rietsuiker? Nou dan!
Enfin, genoeg gepraat. ‘Vermijd woorden’, zou de grootmeester zelf zeggen.
Over Pierre Pieterse
Pierre Pieterse was tot februari 2022 hoofdredacteur van Managementboek Magazine.