Elon Musk (52) gold lange tijd als een genie. De in Zuid-Afrika geboren tech-ondernemer pionierde als medeoprichter van PayPal met online betalen, maakte elektrisch rijden hip met Tesla, en leidde met Space X de ruimtevaart naar ongekende dimensies. Maar met de overname van Twitter, inmiddels omgedoopt tot X, lijkt Musk zijn hand te hebben overspeeld. In plaats van een heiligdom voor vrije meningsuiting dreigt het sociale media-platform een lege huls te worden waarin desinformatie welig tiert en waarvan adverteerders massaal weglopen.
Isaacson
Dat maakt Walter Isaacsons nieuwe biografie van Elon Musk een interessante aanvulling op het stapeltje biografieën dat ondanks Musks relatief jonge leeftijd al over hem verschenen is. Waar eerdere levensbeschrijvingen, zoals Power Play van Tim Higgins en Elon Musk van Ashlee Vance de nadruk legden op Musks zakelijke instincten, gaat Isaacson dieper in op zijn psychologische drijfveren. Want waarom was Musk bereid om 44 miljard dollar neer te tellen voor een bedrijf dat vrijwel niets met zijn kernactiviteiten te maken heeft?
Isaacson, een voormalig Time-journalist die eerder al de levens van Benjamin Franklin, Leonardo da Vinci en Steve Jobs optekende, volgde Musk twee jaar lang op de voet en sprak met honderden mensen in zijn omgeving. Daaruit rijst een beeld op van een man die niet in staat is tot empathie en als kind geestelijk beschadigd werd door een tirannieke vader en treiterende klasgenoten. Tussen de pesterijen op het schoolplein en de wens om zélf de baas van een speeltuin te zijn loopt een directe lijn, aldus Isaacson. Daarnaast was Musk, die volgens Isaacson ‘verslaafd aan drama’ is, op zoek naar een nieuwe crisis omdat hij zich verveelde met het succes van Tesla en Space X. Die heeft hij gekregen: na een chaotisch jaar is X volgens Musks eigen berekeningen nog maar vier miljard dollar waard. Volgens Isaacson komt dat onder meer omdat Musk Twitter zag als een pure tech-onderneming, terwijl het in werkelijkheid een advertentiebedrijf is dat geworteld is in menselijke emoties. Overigens is Musk zich daar inmiddels ook zelf van bewust. ‘Ik weet niet waarom ik het heb gedaan,’ vertrouwt hij Isaacson toe. ‘Nu ben ik, zeg maar, fucked.’
Irrationele ideeën
Een van de schadelijke neveneffecten van de covidcrisis is dat ze complotdenkers een blijvend podium heeft gegeven. Gedragseconoom Dan Ariely kan daar uit eigen ervaring over meepraten. De Israelisch/Amerikaanse psycholoog, die als middelbare scholier bij een ongeluk derdegraads brandwonden over zijn hele lichaam opliep en sindsdien moet leven met chronische pijn, werd op het hoogtepunt van de pandemie door een kennis gevraagd wat er toch met hem gebeurd was. Ter illustratie stuurde ze hem een link naar een video waarop Ariely gekluisterd aan een ziekenhuisbed te zien was. Dat filmpje ondersteunde volgens haar het op het internet rondzingende gerucht dat hij uit haat voor gezonde mensen samen met Bill Gates het coronavirus op de wereld had losgelaten. Het voorval gaf een volkomen overrompelde Ariely een onderzoeksonderwerp dat hem de volgende drie jaar bezig zou houden: hoe kan het dat zoveel op het eerste gezicht redelijke mensen er plots zulke irrationele ideeën op na houden?
In het onlangs verschenen Misbelief onderscheidt de Duke University-hoogleraar een aantal psychologische factoren die onder bepaalde omstandigheden een ‘trechter van wangeloof’ kunnen creëren. De eerste is stress. Als een dodelijk en ongrijpbaar virus de wereld zoals we die dachten te kennen ineens onbegrijpelijk maakt, hunkeren we naar een verhaal dat daar een verklaring voor geeft. Om dat gevoel van controle te vergroten zoeken we vervolgens naar informatie die zo’n hypothese moet ondersteunen. Vaak leidt dat tot wat Ariely omschrijft als ‘gemotiveerd redeneren’, waarbij we de realiteit desnoods oprekken om maar niet ons ongelijk hoeven toe te geven.
Persoonlijkheid is eveneens een factor. Zo zijn mensen die voornamelijk vanuit hun intuïtie handelen of een neiging tot narcisme hebben eerder vatbaar voor complottheorieën. Onze nachtrust speelt daarbij eveneens een rol. Zo blijkt acht procent van de bevolking tijdens de REM-slaap al geestelijk te ontwaken terwijl het lichaam nog een tijdje als verlamd achterblijft. In dat schemergebied is het brein vatbaar voor hallucinaties die levensecht lijken, zoals het bij sommigen hardnekkige geloof dat ze door buitenaardse wezens zijn ontvoerd.
Tenslotte draagt ook de sociale omgeving bij. Mensen die oprecht een complottheorie verkondigen voelen zich afgewezen en geïsoleerd als ze daarin niet serieus worden genomen. Dat vergroot vervolgens de kans dat ze hun heil zoeken bij hun geloofsgenoten, wat het groepsdenken nog meer verhoogt. Daar ligt een les voor eenieder die (nog) niet de fuik van wangeloof is ingezwommen, aldus Ariely. Een wereld zonder sociale cohesie en gedeelde realiteit maakt het moeilijker om mondiale problemen collectief op te lossen. Zo kan een medische crisis die door rationele wetenschappers verbluffend snel is bedwongen ons maatschappelijk alsnog de das omdoen.
Over Jeroen Ansink
Jeroen Ansink is journalist in New York. Hij schrijft en schreef onder meer voor HP/De Tijd, Elsevier Weekly Magazine en Fortune.com. Voor Managementboek schrijft hij interviews. Ansink voltooide een vrij doctoraal in de Letteren aan de Radboud Universiteit in Nijmegen en behaalde het certificaat Business Journalism aan de Wharton Business School aan de Universiteit van Pennsylvania.