Rommelen met informatie, free riding, lekken, bluffen, ja-zeggen-neen-doen. Allemaal voorbeelden van strategisch gedrag. Dit soort gedrag komt overal voor. Je ziet het tijdens grote internationale onderhandelingen, maar ook in nationale en lokale beleidsprocessen, in bedrijven en zelfs aan de keukentafel.
Strategisch gedrag is al zo oud als de weg naar Rome, wat niet wegneemt dat het zichzelf steeds opnieuw uitvindt en nieuwe vormen aanneemt. Odysseus was lang niet de eerste met zijn Paard-van-Troje list. Maar ook het hedendaagse nudging op basis van big data kan strategisch gedrag zijn. Hoe verschillend deze voorbeelden ook zijn, de essentie van strategisch gedrag blijft steeds gelijk. In mijn boek laat ik deze essentie terugkomen in een drietal karakteristieken. Ten eerste: strategisch gedrag dient een eigen belang, vaak een eng eigen belang, ook al gaat het ten koste van andere belangen. Ten tweede: wil gedrag strategisch gedrag heten, dan moet het intentioneel zijn. Het moet ook zo bedoeld zijn. En ten derde: de actor heeft de neiging om zijn strategisch gedrag te camoufleren, al is het maar omdat hij aanvoelt dat dit soort gedrag zijn reputatie kan schaden.
Zelfs nadat je strategisch gedrag hebt gedefinieerd en afgebakend, blijft concreet strategisch gedrag iedere keer weer verrassend en moeilijk grijpbaar. Dat verrassende en onverwachte ligt natuurlijk besloten in het concept van strategisch gedrag. Anders werkt het niet. Maar dit roept wel de vraag op of je strategisch gedrag wel kunt leren ontwikkelen. Of heb je het nu eenmaal of juist niet?
Hoe dan ook, In mijn boek vertel ik welke mogelijkheden er zijn om strategisch gedrag te ontwikkelen. Het blijkt dat veel strategisch gedrag neerkomt op het uitnutten van een informatievoorsprong. Hiernaast spelen strategische actoren handig met tijd en met taal. Strategische actoren blijken ook bedreven in het benutten van mechanismen en biases in onze besluitvormingsprocessen. Daar liften ze als het ware op mee.
Maar je kan nog zo veel analyses maken van strategische gedragingen en op basis daarvan handleidingen opstellen, uiteindelijk blijkt het toch ook een kwestie van creativiteit en intuïtie.
We kijken op verschillende manieren tegen strategisch gedrag aan. Enerzijds zou je het sluw kunnen noemen. Strategisch gedrag is nu eenmaal heimelijk en het kan tamelijk eenzijdig een eng eigen belang dienen. Anderzijds: strategisch gedrag kan nodig zijn om iets echt voor elkaar te boksen en de strategische actor geeft er in ieder geval blijk van te weten hoe de hazen lopen en dat is ook wat waard. Strategisch gedrag heet dan eerder slim en effectief. De grens tussen sluw en slim valt dus niet altijd scherp te trekken. In Strategisch gedrag in netwerken schets ik een aantal overwegingen en perspectieven die helpen je een mening te vormen over de normatieve kwaliteiten van strategisch gedrag.
Dit alles aan de hand van vele voorbeelden uit de wereld van het bestuur, de internationale politiek en het alledaagse leven.
Over Ernst ten Heuvelhof
Ernst ten Heuvelhof is hoogleraar bestuurskunde aan de faculteit Techniek, Bestuur en Management van de Technische Universiteit Delft en aan de faculteit der Sociale Wetenschappen van de Erasmus Universiteit Rotterdam.