Het boek bestaat uit zeven delen. In deze delen zetten Maaike de Vries en Jenny Knossen onder andere uiteen wat de belangrijkste wetten, spelers, geld- en kennisstromen zijn in de zorg. Elk deel bestaat uit een simpele uitleg en kaarten die de tekst samenvatten en grafisch weergeven. Deze kaarten zijn, zoals we gewend zijn van de Argumentenfabriek (de uitgever van dit boek, red.), strak en geven een duidelijk overzicht. Doordat het zorgsysteem zo complex is, hebben de kaarten duidelijk toegevoegde waarde. Ik merkte zelf bij het lezen van de tekst dat ik in mijn hoofd al één en ander op een rijtje aan het zetten was. Overbodig. De kaart stond op de volgende pagina. De grote hoeveelheid informatie in het boek zorgt dat het soms leest als een encyclopedie. De tekst is droog, er zijn weinig praktische voorbeelden en spannend is het niet. Dat is echter ook niet het doel van het boek. Het gaat om feiten en dient als overzicht. Hier slagen de Vries en Knossen zeker in. Laatst noemde een collega bijvoorbeeld dat ze in haar opdracht te maken had met de WRR (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid). Ik herkende de term en na kort bladeren in het boek had ik al snel scherp wat de rol is en wat de relaties zijn van de WRR in het zorgsysteem. Toch moet ik toegeven dat het boek mij teleurstelt. In de krant lezen we bijna dagelijks over problemen in de zorg. Krantenkoppen als ‘De uitgaven lopen uit de klauwen bij zorgverzekeraar’, ‘Onenigheid tussen medische staf en directie escaleert’ of ‘Lange wachttijden voor operatie’ zijn niet vreemd. De feitelijke opsomming in het boek doet de lezer geloven dat het systeem goed uitgebalanceerd is. Het nieuws en mijn eigen werkervaring doen me anders geloven. Om de kracht van het Nederlandse systeem te laten zien en om de zwakten op tafel te krijgen kan bijvoorbeeld een internationale vergelijking waardevol zijn. Zeker als dat gepresenteerd is op de manier zoals in dit boek (met kaarten). Dat het boek over feiten gaat, geen meningen geeft en geen internationale vergelijking doet zegt veel. De Vries en Knossen laten wel zien dat we in Nederland zoveel partijen, belangen en relaties hebben dat een spannender boek over het zorgsysteem moeilijk is. Het doen van uitspraken zal ongetwijfeld enkele partijen tegen de borst stuiten en weerstand oproepen. Toch is dit denk ik wel de manier om de dynamiek die speelt in de zorg écht te begrijpen. Wat maakt bijvoorbeeld dat medisch specialisten vaak in conflict zijn met het ziekenhuisbestuur? Hoe verhoudt de doelmatigheid in Nederland zich tot die in andere landen? Het zijn voorbeelden van vragen waar het boek geen antwoord op geeft. ‘Zo werkt de zorg in Nederland’ is er zeker in geslaagd om mij meer inzicht te geven in het zorgsysteem. Het boek kan, nee moet, als naslagwerk dienen voor een ieder die in de zorg werkt. De Vries en Knossen hebben mij echter niet van het knagende gevoel afgeholpen. Daarvoor is het boek té feitelijk en raakt het onvoldoende aan het krachtenspel tussen de vele spelers in het systeem. Dat had ik graag gelezen, maar kan ik niet terug vinden in dit boek. Een gat in de markt?
Recensie
Zó werkt de zorg in Nederland
Al een poos wachtte ik op ‘Zó werkt het in de zorg in Nederland’ van Maaike de Vries en Jenny Knossen. Het was namelijk al tot tweemaal toe uitverkocht. Geen verassing dacht ik. De zorg is namelijk een sector die ons allemaal aangaat maar die we eigenlijk niet goed begrijpen. Het is als bladeren door de krant en met ongeloof naar de beurspagina’s kijken. Al die getallen en artikelen zien er interessant uit, maar in feite snappen velen van ons er vrij weinig van. Mij geeft dat een knagend gevoel. Vol van verwachtingen sloeg ik, toen ik het eenmaal te pakken had, het boek ‘Zó werkt de zorg in Nederland’ open.
Douwe Hatenboer
|
11 februari 2015