‘Theatervoorstellingen in organisaties’ gaat uit van de premisse dat de veelal teleurstellende resultaten van veranderinitiatieven hun verklaring vinden in de kloof tussen organisatieambitie en schone schijn en een onderstroom van de ware opvattingen die in de organisatie leven. Peter van den Boom en Peter de Roode, actief als organisatieadviseurs, reiken een werkwijze aan om de beleving van medewerkers en de organisatieambitie beter bij elkaar te laten aansluiten. Een aanrader voor mensen die de organisatie echt van binnenuit willen laten groeien. Mensen die met geduld, volharding en wat mij betreft met dit boek in de hand de regie op zich nemen en doen wat vaak hard nodig is. Het boek maakt consequent gebruik van een metafoor. Daarin wordt een organisatie voorgesteld als een verzameling theatergezelschappen. Elk gezelschap (afdeling) voert met verve hun eigen toneelstuk op, of dat nu een blijspel, klucht, tragedie of moraliteit is. Op basis van rotsvaste redeneerpatronen en rolbezetting, inclusief tegendraadse spelers, geven zij invulling aan hun werkbestaan. Daarin doen zij klussen en tegelijk praten ze over elkaar en over klanten. En over beleidsambities, die daar vaak haaks op staan. Om verandering in het spel (gedrag) te krijgen moet de interne veranderaar als spelbreker optreden door ervoor te zorgen dat de spelers hun eigen rollen gaan doorprikken. De vergelijking van organisatiegedrag met de wereld van het theater is treffend en wat mij betreft valide: veel van de in het boek gegeven voorbeelden zijn uiterst of zelfs pijnlijk herkenbaar. Het boek begint met interessante inleidende beschouwingen over de organisatie als theatergezelschap. En eindigt met een Epiloog waarin wordt benadrukt dat je als veranderaar echt effectief bent als deze verandert met de mensen en – dat is de crux – hun betekenisverlening en emotionele beleving als uitgangspunt neemt. Het middenstuk bestaat uit het recept: een interventiemodel in vier bedrijven. In elk daarvan neemt de interne veranderaar een andere rol aan. Achtereenvolgens zijn dat die van toeschouwer, coach, nar en concretiseerder. De eerste twee zijn nodig om daarna die van de nar te kunnen en mogen spelen. De rol van nar is cruciaal en vraagt moed en tact. Wat hij doet is spiegelen: de spelers confronteren met zelfbedrog die de interne veranderaar in de rollen van toeschouwer en coach nog door de vingers zag. Sommige managers zijn misschien geneigd de benadering af te doen als ingewikkeld, omslachtig en soft. Voor hen is het boek waardevol omdat het bewust maakt van menselijk gedrag in organisaties. En dat is gewoon complex. Een mensgerichte aanpak kan wonderen doen in een wereld waarin langs hiërarchieke weg afgedwongen maatregelen eerder leiden tot weerstand en frustratie dan tot de resultaten die men voor ogen had. De kracht en toegevoegde waarde van de ‘Interne veranderaar’ zit hem in het overbruggen van de kloof, waar ik zelf nogal eens tussen heb gezeten, tussen de ambities en overmoed van de theaterdirectie aan de ene kant en de medewerkers die lafheid verweten wordt om hun mond open te doen aan de andere. De auteurs laten dat eerste goeddeels ongemoeid: daar is vaak geen kruid tegen gewassen. Wel blijf ik met de vraag zitten hoe de interne veranderaar zich voorziet van support om deze lastige en wellicht aanvankelijk eenzame klus te klaren. Maar daar bestaan andere boeken over. Al met al een verfrissende toevoeging aan mijn boekenkast en repertoire aan interventiemogelijkheden.
Recensie
De interne veranderaar
In ‘Theatervoorstellingen in organisaties’ bieden Peter van den Boom en Peter de Roode inspiratie en houvast voor wie de organisatie echt wil begrijpen en (helpen) veranderen. Hun onorthodoxe interventiemodel kent vier rollen die de interne veranderaar leert hoe beweging te krijgen in weerbarstige denk –en gedragspatronen die het ‘organisatietheater’ op de werkvloer bepalen. De ‘spelbrekende’ rol van de nar is doorslaggevend. Een verademende aanvulling op mijn collectie veranderboeken!