Het vernieuwende van 'Veranderdiagnose' is de aandacht voor de onderstroom. De bovenstroom van organiseren is maar al te bekend in management- en veranderland. De bovenstroom is bewust, rationeel en directief en valt goed te managen. De taal ervan is Amerikaans en wordt beheerst door de bedrijfseconomische en bedrijfskundige manier van denken in modellen en schema's.
De onderstroom daarentegen is onbewust, irrationeel en associatief. Deze gaat over de menselijke emoties die zich niet laten beheersen, hooguit bijsturen. Rob van Es gebruikt beeldende, film- en dichtkunst om de sensitiviteit van de onderstroom van organiseren voelbaar te maken.
Een sollicitant die geconsumeerd wordt in het prachtige gedicht van Ingmar Heytze. De integere wetenschapper komt er in de film 'The Insider' achter dat hij werkt voor een bedrijf dat een verslavende stof aan sigaretten toevoegt. Op het schilderij van Goya wordt het Spaanse 'verzet' op 3 mei 1808 na de overwinning van de Fransen zonder onderscheid des persoons door de Franse soldaten gefusilleerd. De parallel met de achterblijvers die na een mislukte reorganisatie of fusie met de rug tegen de muur staan, terwijl er schoon schip gemaakt wordt, dringt zich op.
Van Es kiest ervoor om de lezer - middels kunst- een blik te geven op de onderstroom van organiseren. Daarmee maakt hij duidelijk hoezeer veranderkundige diagnoses afhankelijk zijn van sensitiviteit voor de onderstroom. De impliciete aanname van dit boek is dat hoe zorgvuldiger en vollediger je een diagnose voorafgaand aan een verandering maakt, hoe groter de kans van slagen op de beoogde verandering wordt. Vaak slaan we voor het gemak een dergelijke diagnose maar over; daarbij geholpen door allerlei beperkingen van onze zintuigen, onze patronen van waarneming enzovoort.
'Veranderdiagnose' helpt ons om deze beperkingen zo goed mogelijk te ondervangen door vanuit verschillende perspectieven te kijken. Zonder daarbij in de illusie te vervallen dat er één werkelijkheid bestaat. Zoals Van Es dat doet naar het schilderij 'Las Meninas' van Diego Velásquez. Hij daagt de manager of de veranderaar uit om gevalsvariaties te maken, zoals Pablo Picasso dat deed met het schilderij van Velásquez. Door telkens iets anders te benadrukken, ontstaat er een ander beeld en dus een andere diagnose.
Het maken van een veranderdiagnose komt volgens Van Es sterk overeen met het maken van een film. Eerst zoom je uit om een beter zicht te krijgen op de context van de organisatie, dan zoem je in op het verandertraject. Vervolgens maak je een close-up van de opdrachtgever en een extreme close-up van de veranderaar. Dan belicht je drie scenario-elementen: bovenstroom en onderstroom, centrale personages of karakters, genre en plot.
Deze filmische exercitie voorkomt dat je voor de hand liggende zaken over het hoofd ziet. En er net als Mr. Neville in de film 'The Draughtsman's Contract' pas achterkomt wanneer het al te laat is. Als je eenmaal in een verandertraject traject zit, is er geen weg meer terug, luidt de boodschap van Van Es. Een bovenstroomvraag is: wat doe je met zo'n diagnose? Want zoals Van Es zelf zegt: 'Wie tot inzicht komt, wordt nog niet direct met gejuich onthaald.' Hoe helpt de veranderdiagnose u bij het bereiken van je veranderdoel?
Het onderstroomantwoord is wellicht verbeeld op de schitterende omslag van 'Veranderdiagnose'. Op het schilderij van Paul Klee gaat Sinbad de Zeeman vanaf een piepklein bootje het gevecht aan met een enorme golf waarin zich drie zeemonsters bevinden. Eén daarvan heeft hij al verwond, maar hij lijkt zich van geen onderstroom bewust.
Over Gertjan de Groot
Gertjan de Groot werkt als docent publiek management en Thesis begeleider bij de Master Urban Management en als projectleider en onderzoeker naar boundary spanners in actie bij het Centre of Expertise Urban Governance & Social Innovation bij de Hogeschool van Amsterdam.