Deze filosofie is afkomstig uit het Zoeloe en betekent een mens is een mens door andere mensen. Veel Afrikaanse landen hebben een eigen woord voor deze filosofie, maar steeds weer komt het op hetzelfde neer: Samen. We horen bij elkaar. We zijn met elkaar verbonden.
Het zogenoemde storytelling is een belangrijke onderdeel van Ubuntu. Op welke manier dit belangrijk is wordt ook in dit boek aan de hand van inspirerende verhalen en (Afrikaanse) sprookjes verduidelijkt.
Ubuntu zit verankerd in de nationale culturen van Afrika en heeft in het hedendaagse Afrika zijn weg gevonden naar organisatieculturen en managementstijlen. Van Hooft beschrijft in De weg naar bruto mondiaal geluk op welke wijze het Westen Ubuntu kan omarmen en daarmee business, bezieling en spiritualiteit met elkaar verbinden.
Ubuntu is zowel een antropologie, een inheemse Afrikaanse filosofie, als een levens- en wereldbeschouwing. Het wordt ook wel het Afrikaanse humanisme genoemd. Het westerse mantra ‘Missie, Visie en Strategie’ kennen we waarschijnlijk allemaal. Het draagt bij aan - zoals Van Hooft zegt - geweldige organisaties en prachtige resultaten. In haar nieuwste boek vertelt Van Hooft echter over hoe het fundament van Ubuntu, De Bron, de Dragers en het Baken, op een heel andere, meer humane wijze, kan leiden tot een geweldige organisatie: ‘Door gebruik te maken van deze eeuwenoude kennis en wijsheden krijg je een organisatie waarin business, bezieling en spiritualiteit met elkaar verbonden zijn. Zo word je duurzamer, innovatiever en vooral gelukkiger.’
De auteur beschrijft het fundament van Ubuntu als volgt: de Bron staat voor een ‘vitale kracht (…) een kracht tussen God en mensen, tussen mensen onderling, tussen mens en dier en tot slot tussen mens en materie.’ Meer concreet wordt dit wanneer Van Hooft de zogenoemde pijlers / waarden van de Bron toelicht, namelijk respect, betrouwbaarheid, erkenning, verantwoordelijkheid en verzoening. Wie leeft volgens deze vijf pijlers erkent dat je elkaar als medemens nodig hebt, maar ook de natuur, de aarde en de overledenen. Even mooi als waar, wat mij betreft.
Spirituele onderlinge verbondenheid, tijd en tijdsbeleving zijn de Dragers van Ubuntu. De belangrijkste les die Van Hooft beschrijft is het erkennen, herkennen en benutten van de verschillen tussen jou en de ander.
Het derde deel van het fundament van Ubuntu, het Baken, wordt omschreven als de hoogste universele waarde van welzijn en geluk, die alleen kan worden bereikt als de mens verbonden raakt met zijn kern, zijn doelstellingen en zijn levensopdracht. Van Hooft licht dit als volgt toe: ‘Als we in staat zouden zijn onze gemeenschappelijke menselijkheid te herkennen (…), dat we alleen maar gezamenlijk kunnen overleven (…) en dat we slechts samen vrij kunnen zijn (…) dan zou er een wereld kunnen ontstaan waarin wij allen harmonieus kunnen samenleven.
Het fundament van Ubuntu vormt de rode draad van dit boek.
Zowel in de tekst als in de kaders, gebruikte voorbeelden en quotes wordt steeds weer terugverwezen naar de Bron, de Dragers en het Baken. Het lijkt er op dat de auteur het fundament op deze manier concreet wil maken. Soms slaagt ze hierin, maar zo nu en dan raak ik de draad kwijt door wollig taalgebruik en herhaling van wat eerder geschreven is. Ik vraag me soms af wat de auteur nou precies wil vertellen.
Van Hooft beschrijft bovenstaande gevoel indirect door het volgende te vertellen over haar organisatie GreenDreamCompany: ‘De grootste vergissing die mensen in het verleden hebben gemaakt, was dat zij de manier waarop wij wilden werken als soft, idealistisch, niet zakelijk of te theoretisch zagen (…). Maar Ubuntu is niet soft en ons werk ook niet. Een organisatie runnen vanuit deze filosofie gaat over beschaving. Over beschaafd zaken willen doen. (…) De grote uitdaging waar we voor stonden, was om ons gedachtengoed te verankeren in de organisatie en goed te communiceren met partijen waarmee we samenwerken. (…) De eerste uitdaging was om onze organisatie-identiteit te versterken.’
Ubuntu als filosofie spreekt me enorm aan, om de menselijkheid en het met elkaar werken aan duurzame oplossingen. Ik heb tijdens het lezen echter regelmatig de behoefte aan meer concreetheid. De verhalen en sprookjes zijn mooi en inspirerend, maar (hoe) zou het werken bij de bakker op de hoek, de uitkeringsinstantie waar ik werk of een groot commercieel bedrijf?
Bron-Dragers-Baken lijken op het eerste gezicht het andere uiterste van Missie-Visie-Strategie, maar is dit ook zo? Al lezende kom ik veel overeenkomsten tegen. Ik kan me echter ook indenken dat er mensen / organisaties zijn die Ubuntu niet direct omarmen, omdat de manier waarop het wordt omschreven niet concreet genoeg is, te ver van de dagelijks praktijk af lijkt te staan. Met meer concreetheid in de uitleg, voorbeelden van de eerder genoemde bakker op de hoek of een grote organisatie zou de lezer wellicht verleiden Ubuntu voorzichtig te adopteren.
Net als het eerste boek van deze auteur is ook De weg naar bruto mondiaal geluk weer een mooi vormgegeven boek. De liefde van de auteur voor Afrika en haar geloof in de kracht van Ubuntu zijn te proeven op elke pagina.
Er is gekozen voor rustige kleuren die samen een krachtig geheel vormen. De tekst wordt afgewisseld met even simpele als mooie illustraties, quotes, inspirerende verhalen als voorbeeld en (Afrikaanse) sprookjes.
Wat ik een fijne aanvulling vind aan het boek zijn de vele verwijzingen naar de gebruikte bronnen. De verwijzingen zijn niet alleen in de tekst opgenomen, maar ook in de uitgebreide literatuurlijst. Fijn, want er zijn onderwerpen waar ik meer over wil weten dan dat er in het boek ruimte voor is.
Tot slot nog wat tips voor een eventuele herdruk of hopelijk een derde deel in deze reeks. Sommige kaders en kopjes zijn - meestal om logische redenen - in het Engels. Dit leest voor mij niet altijd prettig. Hoewel ik de taal prima beheers, haalt het me soms uit mijn verhaal / de flow waarin ik tijdens het lezen zit. Alleen in het Nederlands zou de tekst ook prima overkomen. Ook de plekken waarop de tekst wordt onderbroken door de kaders stoort zo nu en dan. Een verwijzing in de tekst naar welk kader waarbij hoort zou dit al verduidelijken.
De opbouw van de hoofdstukken is niet altijd even logisch. Pas tegen het einde van het boek wordt een best practice beschreven van Ubuntu. Liever had ik dit als eerste gelezen, omdat dit hoofdstuk verder gaat waar het voorgaande boek eindigt. En, ik ben nieuwsgierig naar meer succesverhalen van GreenDreamCompany. Wie zijn de medewerkers, welke successen hebben ze op welke manier bereikt en hoe past Ubuntu in hun persoonlijke en professionele leven?
Ik hoop van harte dat Van Hooft een derde boek overweegt, met daarin meer persoonlijke en concrete verhalen en interviews, ondersteund met foto’s van medewerkers en locaties waar het werk wordt verricht, zodat Ubuntu nog concreter wordt en letterlijk een gezicht krijgt.
Iets wat zowel Van Hooft als Ubuntu verdient!
Amber Zwartbol, onderwijskundige bij UWV.
Over Amber Zwartbol
Amber Zwartbol is onderwijskundige (bij een overheidsinstantie).